Toename faillissementen door COVID-19
Het aantal faillissementen van ondernemingen neemt als gevolg van de Corona crisis helaas toe. Met name de detailhandel wordt in verhouding tot vorig jaar hard getroffen. Ook voor horecabedrijven wordt een sterke toename verwacht.
Van Odijk Advocaten is al jaren actief op het gebied van het faillissementsrecht en wij houden de ontwikkelingen dan ook goed in de gaten. Wij adviseren ondernemingen in zwaar weer en trachten door middel van herstructurering en ingrepen een faillissement af te wenden. Indien evenwel een faillissement onafwendbaar blijkt, assisteren wij bij het voorkomen van aansprakelijkheden.
Een faillissement is erg ingrijpend voor de desbetreffende ondernemer(s). Er wordt een curator benoemd en die krijgt vergaande bevoegdheden. De curator zal onder meer onderzoek doen naar de administratie en het bestuur van de onderneming. Is er te weinig geld voor de schuldeisers (een boedeltekort) en zijn de zaken niet op orde, dan lopen de bestuurders het risico dat de curator hen – in privé – aansprakelijk houdt voor het boedeltekort. Het niet tijdig deponeren van de jaarrekening kan al tot privé-aansprakelijkheid leiden. Voor meer informatie over bestuurdersaansprakelijkheid kunt u hier onze blog lezen. Ook hebben wij in dit kader een blog over het risico van selectieve betalingen aan crediteuren. Mocht uw onderneming onverhoopt in zwaar weer verkeren, dan is het zinvol om na te gaan of u aansprakelijkheidsrisico’s kunt beperken.
Een (ander) belangrijke taak van de curator is de vereffening van de boedel. Van vereffening is sprake als schulden van de onderneming kunnen worden uitbetaald. Die schulden worden naar rangorde uitbetaald:
- eerst de boedelschulden (waaronder de vaak aanzienlijke salariskosten van de curator)
- preferente/bevoorrechte schulden (vaak de bank)
- de concurrente schuldeisers (bijvoorbeeld de leverancier van producten/diensten)
Vanwege deze rangorde gebeurt het vaak dat er voor de concurrente schuldeisers niets of weinig overblijft. Blijft er wel wat over, dan wordt dat bovendien vaak naar rato verdeeld, waardoor een slechts een percentage van de schuld wordt voldaan.
In een aantal gevallen is er wel voldoende geld om alle schulden volledig te voldoen. Het faillissement kan dan snel worden beëindigd. Hierover is laatst uitgebreid geprocedeerd tot aan de Hoge Raad. Nadat een B.V. failliet was verklaard, heeft een van de debiteuren (een aandeelhouder) zijn schuld aan de B.V. voldaan. Daardoor werd het vermogen van de B.V. zodanig aangevuld, dat alle schuldeisers volledig konden worden uitbetaald. De bestuurders van de B.V. dienden daarom een verzoek in om het faillissement te beëindigen. Dit verzoek werd in eerste en tweede instantie afgewezen. Reden voor afwijzing was dat de B.V. nog andere vorderingen/debiteuren had en de curator aldus nog meer geld zou kunnen innen, hetgeen in het belang zou zijn van nog onbekende schuldeisers en de aandeelhouders van de B.V. De Hoge Raad oordeelt echter anders: aan het faillissement alsook de taken van de curator komt van rechtswege een einde, nadat aan de bekende (geverifieerde) schuldeisers het volle bedrag is uitgekeerd. Deze zaak laat nogmaals zien dat de taken van de curator op gespannen voet staan met de belangen van de ondernemer(s).
Voor vragen over dit onderwerp neemt u gerust contact op met Martin Kaptein of Len Huard
Benieuwd naar wat er gebeurt en mogelijk is na een faillissement? Lees dan volgende week onze blog over ontbinding en doorstart na faillissement.