Werkgever mag werknemer verplichten tot wekelijkse zelftest
Zoals wij u eerder berichtten geldt als uitgangspunt dat een werkgever een werknemer niet mag verplichten een corona(zelf)test te doen voordat deze tot de werkplek wordt toegelaten. Recentelijk oordeelde de Rechtbank Amsterdam echter dat een dansschool dat wél mocht doen bij een professioneel danser. Omdat de danser de wekelijkse zelftests weigerde, mocht de dansschool bovendien de loonbetaling stopzetten. Wat betekent deze uitspraak voor de mogelijkheid voor een werkgever om een testplicht op te leggen?
In de uitspraak gaat het over een dansschool die sinds 29 november 2021 een aangescherpt coronaprotocol hanteert. Op grond van dat protocol moeten werknemers van de dansschool elke week een zelftest doen. Bij een positief resultaat moet de dansschool worden geïnformeerd, dient de danser thuis te blijven en zich te laten testen door de GGD. Ten behoeve van dit protocol verstrekt de dansschool aan al haar werknemers zelftesten. De betreffende danser weigert wekelijks een zelftest te doen en beroept zich daarbij op zijn lichamelijk integriteit. De dansschool schorst vervolgens de danser en zet de loonbetaling stop.
De kantonrechter Amsterdam oordeelt dat het coronaprotocol van de werkgever, waarin de instructie voor een wekelijke zelftest is opgenomen, redelijk is. Volgens de kantonrechter is de maatregel namelijk noodzakelijk om een veilige werkomgeving voor de dansers te waarborgen omdat zij veel fysiek contact (binnen 1,5 meter) met elkaar hebben. Het besmettingsrisico op de werkvloer is hierdoor hoog. Dat voor een dergelijke testplicht momenteel nog geen wettelijke basis bestaat, maakt dat volgens de kantonrechter niet anders. Een inbreuk op een grondrecht (de lichamelijke integriteit van de danser) is namelijk onder strikte voorwaarden mogelijk. Daar wordt in dit geval aan voldaan: de maatregel is getroffen om een veilige werkomgeving te creëren en een minder verstrekkende maatregel om die veiligheid te waarborgen, is er niet. Het belang van de dansschool weegt daardoor zwaarder dan het belang van de danser. Ook de loonstop is volgens de kantonrechter toelaatbaar omdat het niet werken van de danser wordt gezien als werkweigering.
De uitspraak van rechtbank Amsterdam is de eerste waarin een door de werkgever opgelegde testplicht standhoudt. Daarbij lijkt vooral in te worden gespeeld op het wetsvoorstel ‘Tijdelijke wet verbreding inzet coronatoegangsbewijzen’ (waarover meer in onze eerdere blog). Vooralsnog betreft het een wetsvoorstel dat nog door de Eerste Kamer moet worden goedgekeurd.
Deze uitspraak lijkt werkgevers meer mogelijkheden te geven bij het waarborgen van een veilige werkomgeving. Dat zal met name het geval zijn bij beroepen waar sprake is van nauw fysiek contact en de 1,5 meter afstand niet kan worden gewaarborgd, zoals bij voornoemde dansschool. Voor kantoorbanen waar wel gewoon 1,5 meter afstand kan worden gehouden, zal vooralsnog echter niet snel een dergelijke ‘testplicht’ kunnen worden opgelegd.
Wilt u meer weten? Of heeft u vragen? Neem dan gerust contact op met Linda van der Vaart of Saskia Bollen. Zij zijn telefonisch te bereiken via 030 251 6424 en per email via lvandervaart@vanodijk.nl of sbollen@vanodijk.nl.