Zakendoen met het buitenland: doorwerking van buitenlands recht in Nederland? 

Doe je zaken met een buitenlandse partij, dan bestaat de kans dat je te maken hebt met buitenlands recht. Of dat je, in geval van een geschil, in het buitenland zult moeten procederen. Lees hier mijn eerdere blogs over internationaal zakendoen.

Een bijzonder praktijkvoorbeeld deed zich onlangs voor bij de rechtbank Midden-Nederland.

Tussen Amerikaanse en Nederlandse zakenpartners ontstaat een geschil over een voorraad koffie. Daarop volgt een procedure bij de Supreme Court in New Jersey. In die procedure wordt onze landgenoot veroordeeld tot betaling van $ 1,4 miljoen. Omdat betaling vervolgens uitblijft, legt de Supreme Court zogenaamde ‘Sanctions’ op van in totaal $ 12,6 miljoen. Bovendien bepaalt de Supreme Court dat onze landgenoot, bij gebreke van betaling, gegijzeld mag worden.

Aangezien onze landgenoot vervolgens nog steeds niet betaalt en in Nederland verblijft, start de wederpartij een procedure in Nederland tot erkenning van de Amerikaanse vonnissen. Die erkenningsprocedure is nodig om de Amerikaanse vonnissen in Nederland ten uitvoer te leggen. Tussen Nederland en de VS bestaat namelijk geen regeling tot ‘automatische’ erkenning van vonnissen, zoals we die regelingen bijvoorbeeld wel kennen binnen de Europese Unie.

Erkenning van een Amerikaans vonnis gebeurt niet zomaar. Een Nederlandse rechter kan een Amerikaans vonnis alleen erkennen als voldaan is aan bepaalde voorwaarden (die gelden voor meer landen). Kort samengevat:

  1. de Amerikaanse rechter was de bevoegd om te beslissen;
  2. de Amerikaanse beslissing is tot stand gekomen na een eerlijk proces;
  3. de erkenning van de Amerikaanse beslissing is niet in strijd met de Nederlandse openbare orde; en
  4. de Amerikaanse beslissing is niet onverenigbaar met een tussen dezelfde partijen gegeven beslissing van de Nederlandse rechter, dan wel met een eerdere beslissing van een buitenlandse rechter.

In deze zaak ging het vooral om voorwaarde 3.

De Nederlandse rechter vond een ‘Sanction’ van $ 12,6 miljoen buitensporig en evident in strijd met de fundamentele rechtsbeginselen (openbare orde) van Nederlands recht. Waar het in Amerika mogelijk is dat een civiele rechter (bestraffende) sancties oplegt, is dat in Nederland niet mogelijk. Alleen een strafrechter mag ‘straffen’. De civiele rechter kan wel dwangsommen opleggen, maar die dienen alleen als prikkel tot nakoming en niet als straf. Bovendien moet die dwangsom dan wel enigszins in verhouding staan tot de schade die de schuldeiser heeft geleden. Dat was hier niet het geval.

De Nederlandse rechter erkent de Amerikaanse vonnissen uiteindelijk wel, maar matigt het te betalen bedrag naar ‘slechts’ $ 4,2 miljoen. Als onze landgenoot ook dat bedrag niet betaalt, dan kan hij ook volgens de Nederlandse rechter gegijzeld worden. Maar dan wel maximaal 1 jaar.

Heeft u vragen naar aanleiding van deze blog? Neem dan contact op met Len Huard (lhuard@vanodijk.nl)